Blog
Jij en ik of wij?
Oktober 13, 2017
Jij en ik of wij?Gisteren was ik in het containerpark. Ik kwam er mijn twee ronde, zware zakken met snoeiafval deponeren. Voor de tuincontainer stond er een witte bestelwagen met twee mannen van vreemde origine. Zij losten hun vracht van takken en kleine boomstammen. Toen ik met mijn zware tuinzak de trappen naar de container wilde bestijgen, liet ik een van die gasten voorgaan. Hij bedankte mij. Toen hij eenmaal boven, zijn boomstam in de container geplaatst had, greep hij spontaan naar mijn tuinzak om die, samen met mij, over de boord te kieperen. Had ik niet verwacht!
Blijkbaar beschouw ik mensen van vreemde origine, en die kunnen al jaren in Oostende wonen en werken, nog altijd als de andere. Dit vind ik voor mezelf niet alleen beperkend maar ook erg beschamend.
Het is nochtans mijn grote overtuiging dat eenheid een pijler van geluk is. Je één voelen met je partner, je kinderen, je familie, je (t)huis, je werk, je vrienden van de vereniging, de medevrijwilligers of medefans van de sportclub. Erbij horen, er samen voor gaan en je gedragen en ondersteund voelen. Dat heet toch gelukkig zijn?
Is het niet leuker om te spreken over ‘wij’ dan over ‘jij en ik’? We hebben het toch over ‘onze’ kinderen en niet over de kinderen van mijn vrouw en ik, over het huis waar ‘wij’ wonen en niet over het huis van mijn vrouw, van mij en van mijn kinderen. In goede relaties spreken we toch over ‘wij’? Het begrip ‘wij’ creëert een breder veld, een wereld waarbinnen er ruimte is voor meer dan mezelf, zelfs voor mijn voetbalploeg. Als mijn voetbalploeg wint, zeg ik toch ook dat ‘we’ gewonnen hebben. En al heb ik enkel schreeuwend langs de kant gestaan, toch heb ik voor een deel bijgedragen aan die overwinning.
Mijn containerman had niet alleen mijn zware tuinzak helpen tillen, maar ook mij, eerder dan ik hem, in zijn kring van ‘wij’ opgenomen.
Respect! Een mooie les voor mij.